10/23/2013 0 Reacties WintervoorraadDat de herfst echt het seizoen is van oogst en zorg voor voedsel in de winter, blijkt op alle fronten. De bomen zitten vol met bessen en andere soorten vruchten. Veel vogels houden zich hier nu op. Gaaien vliegen af en aan, net als de spreeuwen die weer in grote groepen in de bomen zitten. Ook veel elzen die bevolkt worden door hele groepen mezen en vinken. Het meer groepsmatige gedrag van de vogels - lekker met z'n allen in een boom - valt op in deze tijd. In het voorjaar opereren ze meer solitair of - als de hofmakerij is geslaagd - als duo en later in gezinsverband. De jonge vogels zijn uitgegroeid tot flinke pubers, die lang niet altijd meer van een volwassen soortgenoot zijn te onderscheiden. Een onderscheidend element vormen de wat vagere, minder uitgesproken kleuren.
Ook mooi om te zien dat veel vogels zich nog kunnen voeden met hun voorkeursvoedsel. De insectivoren (zoals merels, lijsters, mezen) met insectjes, wormen en spinnen die nog volop voorradig zijn. Later in het herfst- en winterseizoen gaan ze net als de fructivoren die dat nu al - hoofdzakelijk - doen (wielewaal, vink) over op de bessen en zaden die er nog zijn. Overigens zijn er veel insectivoren die al eerder in het seizoen een gemengd menu nuttigen. De fazanten kunnen nu nog van wat late bramen genieten, ongeveer de enige vogelsoort die daarvan houdt. Mooi om dan de fazantenfamilie te zien scharrelen aan de rand van het terrein waar wat bramenstruiken groeien. Tegelijkertijd wordt de mais op de velden in de omgeving volop geoogst. Voor de boeren betekent dit wintervoorraad, voor een aantal dieren betekent dit weer te voorschijn komen en op zoek naar ander eten. Na lange tijd zijn de reeën weer zichtbaar en zijn er veel sporen op de Dyk te vinden. Af en toe ligt er een afgekloven maïskolf die blijkbaar achter is gebleven en meegesleept is door een dier. Met het verdwijnen van de mais begint ook de trek naar andere plekken met mogelijk voedsel, de eerste muis is alweer gesignaleerd in de paardenschuur. De paddenstoelen zijn op dit moment overal te vinden. Aan voedingsbodem voor hen ontbreekt het niet, oude boomstronken, houtsnippers en afgestorven plantenresten zijn ruim beschikbaar.
0 Reacties
10/12/2013 0 Reacties Knipklei en waterlevenDe herfst is deze week echt begonnen. Regen, wind. geoogste maïs, kleurende bladeren, stoofpeertjes, alle elementen zijn er.
Vorig weekend was het nog even mooi en rustig. Voor de afronding van het verslag van het adoptieterrein heb ik nog twee dingen gedaan: een grondboring en onderzoek van de poel. De grondboring bevestigde wat we al wisten: we zitten hier op een dikke laag oude zeeklei. Afzetting uit de tijd dat de Lauwers een zeearm was en hier op het veen klei achterliet. Onder de kleilaag vonden we een dunne laag veenachtige grond en daaronder kwam zand te voorschijn. Bovenop de klei zat nog een rullige deklaag van een dikke 10 centimeter. De dikte van de kleilaag varieert van ca. 30 tot bijna 60 centimeter. Het gaat om zeer vaste klei, zogeheten knipklei. De klei moet echt uit de grondboor gepulkt worden en je kan er makkelijk knikkers van rollen. De kleur is grijzig, met bruine strepen er door heen. Dat is de zogeheten oer, ijzerafzetting. Historisch interessant die knipklei, maar wel nadelig voor de afwatering. Het water kan vrijwel niet door deze laag heen, dus blijft met de regenval van de laatste dagen staan. Het is weer herfst. Naast de grondboring heb ik ook het waterleven in de poel onderzocht. Als je naar de planten kijkt, had ik niet heel hoge verwachtingen. Wat liesgras, riet, een enkele lisdodde en kroos zijn indicatoren voor redelijk gezond water. Als je in de poel kijkt, zie je eigenlijk ook niks dat er leeft. Toch blijkt er een hoop variatie in te zitten. Na drie keer scheppen door de rottende bladertroep zat de bak vol met allerlei beestjes. Van kevertjes tot larven (de een makkelijker te determineren dan de ander), maar ook schelpdiertjes, slakken en een echte bloedzuiger. Die variatie is dan een indicatie dat het water toch behoorlijk gezond is. Het is een mooie uitdaging om te kijken of we er in de toekomst nog meer variatie in kunnen krijgen. 10/5/2013 0 Reacties Licht, kleur en spinnenwebbenDe dagen korter, de bladeren kleuren, maar nog bijna elke dag is het droog. Een bijzonder najaar dit keer. De eerste nachtvorst was er al eind september, een kleine grijszilveren waas over de planten. De heldere nachten zorgen ook voor prachtige ochtenden. Bijna elke ochtend als ik de paarden ga voeren, is de horizon prachtig rood gekleurd, waarna weer een mooie dag met veel zon volgt. Ochtendrood - water in de sloot: dit jaar maar niet.
De lichtval wordt nog mooier in combinatie met de langzaam verkleurende en vallende bladeren. Vooral bij zonsondergang kan dat prachtige goudkleurige taferelen op leveren. Kleurelementen zoals de bessen van de lijsterbes worden prachtig uitgelicht. Allemaal mooi natuurlijk en om van te genieten. Maar echt verfijnde schoonheid is te vinden in de spinnenwebben, die nu op allerlei plaatsen zijn te vinden en die zeker als het licht er mooi door heen schijnt, alleen maar bewondering op kunnen roepen. Draden gemaakt van een samenstel van eiwitten, die afhankelijk van de functie al dan niet kleverig zijn. De spin produceert en bouwt dit alles zelf, spinseldraden uit de spintepels, geproduceerd door verschillende klieren. Elke klier zijn eigen soort spinsel. Doel van het spinnenweb is natuurlijk vangen van mugjes, vliegen en kevertjes zoals het lieveheersbeestje. De kleefstof zit in druppels over het web verspreid, de spin zelf loopt er tussendoor. Daarnaast zijn er voor de spin nog niet-kleverige loopdraden. Behalve de kleefstof helpt ook de elektrische lading om de prooi te vangen. Dat alles in een web met draden die extreem sterk zijn, sommige types spindraden zijn vergelijkbaar met staalkabels van dezelfde dikte. Spinnenwebben hebben vaak een mooie symmetrische vorm. Zonder één meetkundeles bouwt zo'n spin dat gewoon zelf. |
AuthorIn september 2012 ben ik (Lieke) gestart met de Natuurgidsencursus. Een van de opdrachten is het 'adoptieterrein'. Als terrein heb ik ons erf en de directe omgeving gekozen. Wekelijks volg ik wat er op het terrein tijdens de seizoenen verandert, welke dieren er zijn en hoe de beplanting zich ontwikkelt. Wat ik zoal tegenkom, lees je hier. De cursus heb ik - met succes - afgerond, de blog blijft. Archives
December 2017
Categories |