9/30/2015 0 Reacties Ik wil graag naar huisIk wil graag naar huis, een zin die de afgelopen dagen steeds door mijn hoofd heeft gespeeld. Hoe dat zo komt? De afgelopen week heb ik toevallig aan de zijlijn gezeten bij de crisisnoodopvang voor vluchtelingen. Het gebouw waar ik werk staat naast de sporthal waar tot vandaag een crisisnoodopvang was. Van achter mijn bureau heb ik veel gezien. Vaders, moeders en kinderen uit landen waar oorlog heerst, veel vrijwilligers die geholpen hebben om de vluchtelingen een goede tijd te geven in de opvang, cateringbedrijven die voor eten zorgden, een burgemeester die '' zijn'' vluchtelingen verwelkomde maar ook weer uitgeleide deed, schooljongens die dachten dat ze moesten sporten in de sporthal, de schoonmaak, mijn - vrijwillige - collega's die op zondag de vluchtelingen hebben uitgenodigd op het kazerneterrein, pers die van veel dingen vond dat het nieuws was en soms wel erg zijn best deed om dat in beeld te brengen, de beveiliging en de bussen die de vluchtelingen brachten en ook weer ophaalden. Die bussen blijven op mijn netvlies staan.
De laatste dagen heb ik natuurlijk ook veel gehoord, gelezen, gediscussieerd over de behoeftes en verwachtingen van vluchtelingen en de verwachtingen over dankbaarheid die hoort bij de opvang die in Nederland wordt geboden. De meningen lopen uiteen - los van extremen - is zo'n mening niet zomaar goed of fout. Zelf probeer ik me voor te stellen over hoe vriendelijk ik nog ben als ik, na een vlucht uit mijn geboorteland na weken aankom in een sporthal, waar ik na enkele dagen weer uit moet en met de bus naar een nieuwe sporthal wordt gebracht, waar ik na 2x 72 uur ook weer weg moet. Ik snap wat van het dilemma van gemeentebesturen waarom die duur beperkt is, maar ik stel me ook voor hoe ik me zou voelen als ik dan zes dagen lang met 200 anderen in een sporthal moet wonen. 200 anderen, 6 of 7 nationaliteiten, verschillende talen, verschillende gewoontes, ga er maar aan staan. En dan weer die bus in, op weg naar...Afgelopen donderdag was de dag van aankomst van de vluchtelingen. Toen ik na een intensieve vergadering 's avonds laat naar huis ging, kon ik niet gelijk naar mijn auto. De bus die de laatste groep vluchtelingen had gebracht moest op een krap stuk draaien en dat kostte wat heen en weer steken. Toen er wat meer ruimte was vroeg ik aan de beveiliger of ik er langs mocht, ik wilde wel graag naar huis. Toen ik langs de bus liep zag ik aan de voorkant allerlei mensen die de buschauffeur hielpen met keren stonden een vader en een zoontje van een jaar of 10 die ook aanwijzingen gaven. Een beeld dat je vaak ziet, op vakanties, bij schoolreisjes. Alleen hoe de vader deze reis aan zijn zoon uitlegt, dat weet ik niet. Wanneer hebben zij weer een huis vroeg ik me af. En vanmiddag reden de bussen weg, vaders, moeders, kinderen met koffers en tasjes met hun bezittingen, op weg naar een nieuwe sporthal waar bedden voor ze klaar staan. En op het moment dat ze wegreden zwaaiden ze die kinderen, naar de beveiliging, naar de brandweermannen, naar de vrijwilligers en naar de pers. Ik dacht terug aan mijn eigen '' ik wil graag naar huis''. Wanneer kunnen deze kinderen weer zeggen dat ze naar huis gaan, dat ze weer vast grond onder de voeten krijgen en hoe gaan ze dan om met alles wat ze meegemaakt hebben? Dat ze zwaaiden gaf mij vertrouwen in hun veerkracht. Of het ze lukt weet ik niet, ik gun het ze zo. Voor mij een reden om een bedrag over te maken van War Child, een organisatie die zonder dure kantoren kinderen met dit soort ervaringen helpt.
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
AuthorIn september 2012 ben ik (Lieke) gestart met de Natuurgidsencursus. Een van de opdrachten is het 'adoptieterrein'. Als terrein heb ik ons erf en de directe omgeving gekozen. Wekelijks volg ik wat er op het terrein tijdens de seizoenen verandert, welke dieren er zijn en hoe de beplanting zich ontwikkelt. Wat ik zoal tegenkom, lees je hier. De cursus heb ik - met succes - afgerond, de blog blijft. Archives
December 2017
Categories |