8/26/2013 1 Reactie PrikkelbaarMensen zijn soms prikkelbaar, de een meer dan de ander. En ook de intensiteit van de prikkelbaarheid kan per dag, soms zelfs per moment verschillen. Sommige planten zijn ook prikkelbaar, je komt ze dan liever niet tegen en het is bij een aantal ook verstandig om op te letten wanneer je ze tegenkomt. De brandnetel is daar zo'n voorbeeld van. Is het blad jong, dan is er weinig aan de hand. De bladeren hebben nog niet hun brandharen met bijbehorende weerhaakjes, waardoor de aanraking nog geen pijn doet. Anders wordt dat bij oudere planten en zeker als de zomer vordert. Rond deze tijd van het jaar kan een aanraking met en brandnetel echt vervelend zijn. Prik, jeuk, irritatie en bultjes die netelblaren worden genoemd, gewoon niet fijn. Oorzaak van die irritatie zijn de zuren die afgegeven worden door de zogenaamde brandharen. Nog steeds is niet duidelijk welke zuren nou de meeste irritatie veroorzaken.
Wordt de brandnetel gemaaid dan gaat de prik er snel uit en smullen bijvoorbeeld de paarden ervan. En dat geldt ook voor mensen: brandnetel zonder prik is goed te eten, soep van jonge brandnetelbladeren is heel lekker. En ach, een brandnetel in het licht van de ondergaande zon heeft zo z'n charme. Bovendien is dan goed te zien dat het daarbij gaat om een grote brandnetel, waarbij de bloemtrossen verticaal omlaag hangen vanuit de oksels. Naast de brandnetel zijn er meer prikkelbare types, de braam is er zo een. Zomer of winter, altijd de doornen klaar en meestal niet zo fijn om tegen te komen tijdens het beheer en onderhoud van de boomwallen, dringen ook bijna door elk type werkhandschoen heen. Gelukkig heeft de braam aan het eind van de zomer een goedmakertje in de vorm van de vruchten, want een mooie donkere sappige braam is en blijft heerlijk. Brandnetel en braam komen vaak in combinatie voor, kwestie van grondsoort waarschijnlijk, extra handicap in de bestrijding. Een andere prikkelaar die je in meerdere soorten en maten tegenkomt is de distel. Flinke stekels aan de bladeren en meestal paars tot wit bloeiend. Aan de onderkant van de bloem ontwikkelt zich de vrucht met olierijke zaadnootjes waar veel vogels, waaronder de puttertjes ofwel distelvinken van kunnen genieten. Net als de brandnetel en de braam zijn distels ook belangrijk als voedselbron voor vlinders. Na de bloei verschijnt het zogeheten distelpluis, dat kenmerkend is voor nootvruchtjes en helpt bij de verspreiding.
1 Reactie
Mirjam
8/28/2013 03:58:26 pm
Mooie foto's weer en een leuk verhaal!
Antwoord
Laat een antwoord achter. |
AuthorIn september 2012 ben ik (Lieke) gestart met de Natuurgidsencursus. Een van de opdrachten is het 'adoptieterrein'. Als terrein heb ik ons erf en de directe omgeving gekozen. Wekelijks volg ik wat er op het terrein tijdens de seizoenen verandert, welke dieren er zijn en hoe de beplanting zich ontwikkelt. Wat ik zoal tegenkom, lees je hier. De cursus heb ik - met succes - afgerond, de blog blijft. Archives
December 2017
Categories |